Hoofddoel

• Leiding geven^[1] aan en managen^[2] van staf- en lijnfuncties in de sector bij de voorbereiding en realisatie van (beleids)opdrachten
• Ondersteunen van medewerkers en werkingen bij de voorbereiding, implementatie en borging van het pedagogisch beleid

Plaats in organogram

• Lijnfunctie
• Geeft leiding aan stafmedewerkers, sociaal-administratief medewerker, sommige projectmedewerkers
• Rechtstreeks leidinggevende = directeur Jeugd- en Gezinszorg
• Vervangt directeur Jeugd- en Gezinszorg^[3]

Inhoud

Vorm geven en ondersteunen van kwaliteitsvolle hulpverlening/pedagogisch beleid

• Samen met het middenkader invulling geven aan begeleidings- en verblijfskader en kwaliteitshandboek
• Borging begeleidingskader en verblijfskader
• Methodische en/of inhoudelijke ondersteuning van lijn – en staffuncties aangaande begeleidings- en verblijfskader

CIG aansturen, leiden, mee uitbouwen, vormgeven en bewaken

• Procesbegeleiding van teams na afstemming op BOT
• Leidinggeven en coachen^[4] stafteam: organiseren/bewaken van werkbaar werk (werkvermogen, motiveren/enthousiasmeren,..)
• Operationeel leidinggeven aan (C)V
• De omstandigheden/voorwaarden creëren zodat medewerkers van alle functies hun werk kunnen doen
• Actief bouwen aan de identiteit van de subsector CIG
• Teamverbondenheid van de verschillende medewerkers/functies stimuleren
• Visie van de (sub)sector mee uitbouwen, vormgeven en bewaken
• Mee uitwerken erkenning/uitbreidingsaanvragen
• Voorbereiden en opvolgen interne vergaderingen en werkgroepen
• Voorbereiden van het CIG beleidsplan en BOSS-agenda
• Ondersteunen en aansturen projecten (volgens taakverdeling met Dir JG)

Regisseren van het kwaliteitsbeleid van CIG in nauwe samenwerking met COO P&O

• Ondersteunen van ontwikkeling, implementatie en borging van kwaliteitszorg
• Begeleiden van acties voor kwaliteitsverbetering, - beheersing en – borging
• Ondersteuning bieden aan medewerkers en teams i.v.m. de uitvoering van de kwaliteitszorg
• Coördineren van verslaggeving (o.a. kwaliteitsverslag)
• Voorbereiden en coördineren van inspectiebezoek

Eindverantwoordelijke VTO beleid CIG in nauwe samenwerking met COO P&O

• Impulsen geven op vlak van vorming
• Vormingsnoden signaleren, vorming aanbieden en/of mogelijk maken
• Ondersteunen stafmedewerkers i.f.v het vormen van medewerkers/teams
• indienen VIVO - dossier opvolgen

Personeelsbeleid

• Werving en selectie in nauwe samenwerking met COO P&O
• Uitvoering medewerkersbegeleiding van stafmedewerkers, SAMw, en GezCo, sommige projectmedewerkers
• Operationeel leidinggeven aan (C)V
• Opvolgen en hanteren van personeelsmodel

Aanvullende praktische organisatie sector

• Verantwoordelijk voor inhoud website
• Intern beheer moduledatabank
• Participeren aan permanentie systeem (A en B)
• Coördineren B permanentie
• Vanuit taakverdeling met Dir Jeugd- en Gezinszorg
• Eindverantwoordelijke instroom
• …

Ambassadeurschap van de sector

• Verzorgen externe contacten/representatie
• Externe samenwerkingen opbouwen en opvolgen
• Opvolgen van externe overlegorganen op basis van taakverdeling met Dir
• Coördineren katern CIG van het activiteitenverslag

Zelfreflectie en ontplooiing

• Voldoende op de hoogte blijven van evoluties in het denken en de praktijk van de hulpverlening/het leidinggeven o.a. door het volgen van vorming

Samenwerking en overleg

• Rapporteert – volgens afspraak of op vraag – aan directeur JG
• Deelname aan relevant (team)overleg
• Kernteams
• Teamvergaderingen
• Ad hoc overleg en werkgroepen
• Actieve voorbereiding en medewerking aan medewerkersbegeleiding

Profiel

Kerncompetenties[5]: loyaliteit, integriteit, collegialiteit, leervermogen, veerkracht, basishouding

Vaktechnisch/praktisch inzicht

• Kent eigen vakgebied (relevante methodes uit de orthopedagogiek, het maatschappelijk werk, de gezinstherapie, de psychologie, het leidinggeven, het management en het HRM)
• Blijft op de hoogte van ontwikkelingen binnen eigen en relevante vakgebieden
• Vertaalt deze kennis naar “juiste aanpak”

Visie

• Begrijpt (organisatie)strategieën en legt verbanden tussen eigen acties en strategische doelen
• Denkt in strategische (toekomstgerichte) termen; legt de link tussen huidige gebeurtenissen, de toekomstvisie en de organisatiestrategie
• Begrijpt/houdt rekening met externe invloeden, speelt hier op in

Klantgerichtheid

• Volgt klanten (cliënten, medewerkers) op
• Onderhoudt duidelijke communicatie met klanten en neemt verantwoordelijkheid
• Onderneemt actie ten behoeve van klanten en hanteert hierbij een langetermijnperspectief

Initiatief

• Benut kansen en zet problemen om in kansen
• Creëert kansen en mogelijkheden, en anticipeert op kansen en bedreigingen in de nabije toekomst
• Anticipeert op kansen en bedreigingen op langere termijn

Sociaalvaardigheid

• Maakt een goede eerste indruk en legt makkelijk formele contacten
• Behandelt contacten op een gelijkwaardige manier en legt makkelijk informele contacten
• Onderhoudt makkelijk sociale contacten

Luistervaardigheid

• Luistert en stelt vragen
• Vraagt door, gaat in op reacties en stelt zich beschikbaar voor anderen
• Begrijpt bedoelingen, onderliggende gedachten, gevoelens en problemen, en voorspelt reacties van anderen

Procesgerichte dynamiek

• Creëert duidelijkheid en controleert eigen werk
• Controleert het werk van anderen en controleert de voortgang van processen/projecten
• Bewaakt de samenhang van meerdere processen/projecten

Leidinggevende dynamiek

• Geeft instructies aan medewerkers en geeft grenzen aan
• Stelt duidelijke en hoge eisen aan het werk/prestaties van medewerkers
• Houdt medewerkers verantwoordelijk voor hun functioneren en prestaties

Groepsgerichte dynamiek

• Leidt vergaderingen/bijeenkomsten en houdt medewerkers op de hoogte
• Stimuleert krachtgerichte samenwerking en legt accent op gezamenlijk doel en belang
• Krijgt groepen mee in de gewenste richting

Ontwikkelingsgerichte dynamiek

• Uit positieve verwachtingen over een persoon/team en bespreekt ontwikkelpunten
• Geeft ruimte en steun aan medewerkers/teams en geeft feedback om te stimuleren
• Doet aan lange termijn coaching of training

Bijkomende bepalingen

• Bachelor of master met sociale of pedagogische oriëntatie of gelijkwaardig door ervaring
• Kennis van het Nederlands
• Beschikken over rijbewijs B en kunnen beschikken over een auto
• Bij aanwerving: uittreksel uit het strafregister (model 2) en attest medische geschiktheid kunnen voorleggen
• Beschikken over enkele jaren relevante ervaring
• Ervaring in Jeugdhulp is een pluspunt
• Ervaring als leidinggevende of stafmedewerker in CIG/OVBJ is een pluspunt
• Bereidheid om buiten de kantooruren te werken